dag 9 Kandy-Nuwara Eliya-Bandarawei

Na het ontbijt gingen wij naar
Nuwara Eliya

Uiteraard stopten wij bij een theeplantage en een theefabriek, waar alles gesorteerd, gedroogd en eventueel van een smaakje wordt voorzien. Het was leuk om te zien hoe veel werk een kopje thee kost. Zoveel mensen en zoveel plukwerk.
Het bovenste blaadje gaat niet in de machine drogen maar in de zon. Dat is de witte thee. Het tweede blaadje is de groene thee ook deze wordt gedroogd aan de buitenlucht. En gebruikt voor medicinale doeleinden.In de fabriek worden vnl. de topjes bewerkt. Het is niet te geloven dat er zoveel arbeiders in de hete zon overal de drie bovenste blaadjes plukken en dat nog opgewekt blijven ook. Uiteraard konden we later in een winkeltje thee kopen en ook de verschillen proeven. Er was ook heerlijke Royal tea. Behoorlijk kostbaar.


Nuwara Eliya

Gelegen in een dal op 1.884 meter hoogte, te midden van de vele thee plantages, ligt Nuwara Eliya (“Lichtstad”). Nuwara Eliya (26.000 inw.) wordt ook wel “Klein Engeland” genoemd en dat is niet zo heel gek. De stad is gesticht door de Britten in de 19e eeuw. De typische Britse koloniale bouwstijl kun je nog goed zien, met het Grand Hotel als het beste voorbeeld. Nuwara Eliya heeft, in verhouding met de rest van Sri Lanka, een koel klimaat. Overdag is het gemiddeld 20°C en ’s nachts gemiddeld 10°C, maar het kwik kan soms dalen tot aan het vriespunt. De bekendste bezienswaardigheid van Nuwara Eliya is de Horton Plains National Park met World’s End. Dit unieke reservaat ligt op een plateau op 2.100m. hoogte. Daarnaast heeft Nuwara Eliya de hoogst gelegen botanische tuin ter wereld, de Hakgala Botanical Gardens.
In de plaats zelf zijn we er eerst doorheen gelopen. Via een hele leuke markt met wat uitleg over de dingen die er lagen vooral gekleurde pasta was een eyeopener. Daarna over een mooi aangelegde golfbaan gewandeld door het park naar een aantal prachtige Engelse hotels. Werkelijk schitterend gelegen en zeer chic.
In een daarvan hielden we een heerlijke lunch en was er nog even tijd om naar het stadje terug te wandelen. Dat kwam goed uit want we zouden nog naar een dorpje gaan met theeplukkers en daar iets geven voor de kinderen en nog naar het Holland Hope House en ook daar konden we wat achterlaten. Te denken viel aan tandpasta en zeep en tandenborstels. Toch ook nog wat lekkere snoepjes gekocht.

Na Nuwara Eliya rijden wij door naar Nanu Oya om op de trein naar Bandarawela te stappen, Jammer genoeg was het weer wat mistig zodat een gedeelte van de uitzichten van het landschap minder waren als bij mooi weer.
Wel een belevenis de treinreis, eerst was er geen plaats te vinden, maar bij het volgende stationnetje stapten veel mensen uit zodat iedereen kon zitten.
Al of niet een beetje gemangeld want er waren 3 krappe zitplaatsen op een rij.
In Bandarawela aangekomen ging de groep lopend naar het hotel dat niet zo ver weg was.
Een prachtig hotel, met voor ons een hele mooie kamer met 2 uitkijkpunten, de normale ramen en omdat we op de hoek zaten een zijraam. Prachtige kamer en een heerlijk diner. In dit gebied woonden de Tamils en ze waren zeer vriendelijk. Bijzonder gastvrij en blij met ons als toerist. Het ontbrak ons aan niets. Het leuke was dat de bediening op blote voeten liep. De volgende ochtend zouden we alweer weg en dat was jammer. Het leek een erg leuk stadje met zeer vriendelijke bevolking en een prachtige omgeving.